Reynou

Reynu Meynertsdr Semeyns

Reynu Semeyns, olie op paneel door Jan Claesz 1595, 105 X82 cm

Reynu Meynertsdr Semeyns, geboren 1563/1564, overleden tussen 19-11-1614 en 28-8-1616, dochter van Meynert Simonsz Semeyns en Geert Simonsdr van Wavershoef huwde Enkhuizen 8-4-1582 met Gerrit Dircksz (0verl.1589) en hertrouwde Enkhuizen 2-4-1595 met Jan Huygen van Linschoten (1562/1563-1611), woonde ten tijde van haar eerste huwelijk op het zuideinde van de Breestraat en ten tijde van haar tweede huwelijk op de Oosterhaven.

Moeder van het Provenhuis 1607-1613. Gereformeerd.

Tot 2003 eigendom Gemeente Enkhuizen, bij brand in het voormalig weeshuis ernstig beschadigd geraakt. Door de stichting verworven met de verplichting het schilderij zo goed mogelijk te herstellen. Met name de donkere delen van het schilderij waren aangetast. Gerestaureerd door Gwendolyn Bouvé-Jones, 2003-2004.Bovenstaande foto is na het herstel, in 2014 gemaakt.

In ‘Portret van Enkhuizen in de Gouden Eeuw’door R.E.O. Ekkart, waaraan onderstaande tekst is ontleend, is op p.46 een goede foto te vinden van dit portret voor de brand en restauratie.

Reynu Semeyns was een dochter van Meynert Simonsz Semeyns, die in het laatste kwart van de zestiende eeuw een belangrijke rol in de stedelijke regering speelde als schepen en raad. Op jonge leeftijd trouwde zij in 1582 met Gerrit Dircksz, over wie weinig bekend is. Uit dit huwelijk werden in de jaren 1584-1587 twee zonen en een dochter geboren. In januari 1589 werd Reynu weduwe. Zes jaar later hertrouwde zij met de beroemde ontdekkingsreiziger Jan Huygen van Linschoten. Hij was geboren in Haarlem omstreeks 1563, maar al voor 1578 verhuisde zijn vader Joosten met zijn gezin naar Enkhuizen, waar hij tegelijkertijd de beroepen van notaris en herbergier

uitoefende. Jan Huygen Werd zeeman en zeilde in december 1579 voor het eerst uit, waarna hij ongeveer drie jaar in Spanje en Portugalverbleef. Vervolgens bracht hij vijf jaar door te in India en op de terugreis verbleef hij nog eens tweeëneenhalf jaar op het eiland Terceira, een van de Azoren, voordat hij uiteindelijk, komende uit Lissabon, op 1 september 1592 via Texel in Enkhuizen terugkeerde. In 1594 maakte hij de eerste ontdekkingsreis mee om de noordelijke zeeweg naar Indie te vinden. Reeds enkele maanden na zijn huwelijk met Reynu Semeyns vertrok hij op 2 juli 1595 alweer voor de tweede expeditie in de richting van Nova Zembla, waarvan men in november onverrichterzake terugkeerde. Bij zijn vertrek voor deze tweede reis was de vrouw van Linschoten hoogzwanger, want al op 24 augustus Werd een dochtertje Marritien gedoopt; het kind is vermoedelijk al zeer vroeg gestorven, want haar naam wordt na de vermelding van de doop nergens meer in de archieven aangetroffen. Na zijn terugkeer van de tweede ontdekkingsreis naar het noorden is Van Linschoten honkvast geworden. Hij wijdde zich aan het schrijven van zijn reisherinneringen en werd in 1597 thesaurier van Enkhuizen. Hij overleed in 1611.

Ter gelegenheid van het huwelijk van Jan Huygen van Linschoten en Reynu Semeyns in 1595 schilderde Jan Claesz in hetzelfde jaar portretten van het bruidspaar. Dat van de man is helaas verloren gegaan.

Het geschilderde portret van Reynu Semeyns bleef gelukkig wel bewaard en kwam met de beeltenissen van haar dochter en kleinzoon terecht in het Gereformeerd Weeshuis van Enkhuizen. Zij is op het portret afgebeeld in een eenvoudig zwart gewaad met witte plooikraag, een wit kapje op het hoofd en in de rechterhand een fraai bewerkte zakdoek. Zij staat naast een leunstoel, de linkerhand rustend op de leuning. Slechts de ringen aan beide handen tonen iets van de welstand van de voorgestelde.

Linksboven is aan weerskanten van het wapenschild een versje aangebracht dat de reinheid van de vrouw bezingt en Waarin in de eerste zes letters de voornaam van de voorgestelde (Reynou) is verborgen. De toevoeging van dit versje op het huwelijksportret van Reynu doet wat ironisch aan wanneer we uit de hiervoor vermelde data berekenen dat zij ten tijde van haar huwelijk met Van Linschoten reeds maandenlang zwanger was. Een dergelijke situatie, die in andere gevallen kon leiden tot ernstige berispingen van de zijde van een kerkeraad, was bij deze vrouw uit de hoogste kringen van de stad blijkbaar geen belemmering voor een nadrukkelijke

accentuering van de traditionele eisen van reinheid en kuisheid door middel van een inscriptie op het portret.

Hoewel zij maar ongeveer vijftig jaar oud werd, overleefde Reynu Semeyns twee echtgenoten en drie van haar vier kinderen.

Haar portret vererfde waarschijnlijk op het enige overlevende kind, Hilletjen Gerritsdr, terwijl de tegenhanger, de beeltenis van Jan Huygen van Linschoten, vermoedelijk niet door zijn stiefdochter maar door een van zijn eigen familieleden geërfd werd.

Het portret van Reynu Semeyns behoort tot de vroegst bekende en tevens tot de beste werken van Jan Claesz. “

Recente publicaties: Institutions for Collective Action

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *